Constellatie van klimtorens, Aldo van Eyck, 1947
Noordzijde 31
Aldo van Eyck voedt met zijn abstracties de verbeelding
Tot net na de oorlog was het in Amsterdam doodnormaal dat een kind alleen in een speeltuin mocht spelen als het er lid van was. Speeltoestellen bestonden wel in Amsterdam, maar stonden vaak in een besloten binnentuin. Stedenbouwkundige Jakoba Mulder zag dit probleem en gaf architect Aldo van Eyck de opdracht om voor iedere buurt in Amsterdam een kleine openbare speelplaats te maken.
Van Eyck, groot voorstander van een speelse stad, had de missie om een speelplaats te ontwerpen waar ouders en kinderen zich prettig konden voelen. Een belangrijk element daarbij was de vrijstaande positie van de verschillende speeltoestellen, die toch op een losse manier met elkaar verbonden zijn – een slimme manier om eindeloos te kunnen variëren.
In het Van Eesteren Museum zijn Van Eycks schetsen te zien van plattegronden waarop zandbakken, duikelrekjes en klimkoepels schematisch zijn weergegeven. Een aanzicht dat in de verte doet denken aan een schilderij van Mondriaan. Het minimale ontwerp van de toestellen moest bovendien kinderen prikkelen om van bijvoorbeeld de klimkoepel een hut, ruimteschip of iglo te maken. Er moest worden nagedacht, de verbeelding moest de vrije loop krijgen en andere kinderen zouden in het spel worden betrokken. Zo voedt de abstractie de sociale omgang.
Behalve gedetailleerde informatie over de visie van Van Eyck gaat het in het Van Eesteren Museum natuurlijk over de naamgever. Het cultuurhistorisch erfgoed van stedenbouwkundige Cornelis van Eesteren wordt er letterlijk en figuurlijk in kaart gebracht. In Amsterdam zijn zijn wapenfeiten het meest invoelbaar in Nieuw-West, Buitenveldert en delen van Amsterdam-Noord. Hier ervaar je licht, lucht en ruimte, het principe van het Nieuwe Bouwen. Het is daarom ook aan te raden om de website van het museum te raadplegen voor een van de rondleidingen die worden georganiseerd door het Nieuw-West van Van Eesteren.
Het museum is momenteel bezig om met behulp van crowdfunding een groot klimtoestel van Van Eyck voor de deur te kunnen plaatsen. Het heeft iets aparts, volwassenen die een object koesteren dat voor kinderen bedoeld is. Het gebeurt met antieke Barbies die niet uit de verpakking zijn geweest en met zeldzame stripboeken die nooit uit het cellofaan zijn gehaald. Het klimrek staat op het moment van schrijven op een speelpleintje op de Stoomgemaalstraat in Osdorp. Het pleintje moet gerenoveerd worden en voor het werk van Van Eyck is geen plek meer.
Wanneer de crowdfundingactie slaagt en het rek naast het museum staat, dan krijgt het klimrek een illustratieve functie. Mensen kijken ernaar terwijl ze er over onderwezen worden, zoals deze tekst nu doet. Zullen we deze route laten voor wat hij is en gaan spelen?
Meer informatie
Bergen, Marina van den (2002) De speelplaatsen van Aldo van Eyck, www.archined.nl. URL bezocht op 25 mei 2018.
https://www.archined.nl/2002/06/de-speelplaatsen-van-aldo-van-eyck