Blauwe Boog, Cyril Lixenberg, 1989
Baden Powellweg / Plesmanlaan
De schilder en beeldhouwer Karel Appel kreeg regelmatig de opmerking ‘Dat kan mijn kind van acht ook’ naar zijn hoofd geslingerd als men zijn ogenschijnlijke kinderlijke kunstwerken zag. Grafisch ontwerper en kunstenaar Cyril Lixenberg overkwam iets soortgelijks. In Flevoland, niet ver van Dronten, staan drie geometrische vormen van cortenstaal op een dijk gepositioneerd: een driehoek, een cirkel en een vierkant. Alle drie hebben een knik in het staal en breken daarmee door de tweede dimensie. Op de driehoek is met een spuitbus ‘KUNST?’ gespoten. Net als bij Appel is er blijkbaar iemand die niet accepteert dat dit een kunstwerk is.
Om advocaat van de duivel te spelen: Ja, het klopt dat Lixenbergs werken uit simpele vormen bestaan. Het is haast alsof iemand in een middagje met schaar, een liniaal en papier een model in elkaar heeft gezet en later een duplicaat van staal rechtop in een plantsoen heeft geplaatst. Maar vergis je niet. Dat iets simpel oogt, betekent niet dat het geen kunst is.
De kijker met oog voor detail en aandacht voor de context van het werk weet beter. De omgeving waarin het werk van Lixenberg staat, is belangrijk. Ook over het formaat, het materiaal, de knik, de kleur en de kijklijnen van de toeschouwer is nagedacht. Ik zou zelfs willen bepleiten dat er door Lixenberg zelfs nagedacht is over de positie van het werk ten opzichte van de zon en waar de schaduwplekken van het kunstwerk ontstaan.
Aan de Baden Powellweg in Osdorp staat sinds 1990 Lixenbergs ‘Blauwe boog’. Hier geen ruw cortenstaal zoals op de dijk Flevoland, maar glad staal in de primaire kleur blauw. De geometrische basisvormen lijken in dit werk op het eerste oog afwezig, maar wie goed kijkt, ziet ze toch. In de ruimte die ontstaat door het blauwe kader, valt een driehoek en er bovenop een cirkel te ontdekken, waardoor er een ijshoorntje met een bol lijkt te ontstaan. Waar op de dijk in Flevoland de drie vormen in een oogopslag te zien zijn door bij de eerste erdoorheen te kijken – je kijklijn is een spies die dwars door de driehoek, cirkel en vierkant gaat – heeft Lixenberg in ‘Blauwe boog’ deze samenvoeging al laten gebeuren. Een kleine vormevolutie in Lixenbergs oeuvre.
Het antwoord van Karel Appel op de opmerking ‘Dat kan mijn kind van acht ook’ is veelzeggend: ‘Maar ík doe het’ zei hij dan. Toen Lixenberg de mededeling kreeg dat een vandaal ‘KUNST?’ op zijn werk had gespoten, was zijn reactie dat het niet verwijderd hoefde te worden. Hij wenste de vraag niet uit de weg te gaan, waarmee het kunstbegrip een iets breder kader krijgt.
Beluister ook de podcastaflevering over dit kunstwerk, en laat je meeslepen door de boeiende verhalen achter de werken van kunstroute Osdorp. In de podcast luister je naar gesprekken tussen schrijver en onderzoeker van deze route, Willem Sjoerd van Vliet, en kunsthistoricus Sietske Roorda.